vrijdag 28 januari 2022

Liefde voor je naaste als jezelf (Liefde deel 3/4)

We zijn deze serie over liefde begonnen (link) met het opbouwen van een definitie. Hierin stelden we dat liefde is...: 

"Ik kies te doen wat op de lange termijn goed is voor jou, ten koste van mijzelf". 

In het tweede deel (link) onderzochten we de significantie van de verschillende Griekse woorden voor liefde, zoals deze in het nieuwe testament gebruikt worden. Liefde gaat soms gepaard met een warm gevoel en soms niet, maar echte liefde is altijd een keuze om jezelf voor het belang van de ander in te zetten.

Nu willen we dit graag praktisch maken door wat spannende situaties onder de loep te nemen om een paar misverstanden over het elkaar liefhebben uit de wereld te helpen. Soms willen we namelijk graag lief, tolerant of meegaand zijn in de naam der liefde, maar is het geen liefde, en soms noemen we bepaalde scherpe woorden of gedrag liefdeloos, terwijl het juist een daad van liefde is.
Liefhebben is veel meer dan wat we in dit artikel zullen lezen. Er zijn voordehandliggende manieren om lief te hebben, zoals de boodschappen betalen voor wie niet genoeg geld heeft, of vriendelijk échte interesse tonen in de ander, maar nu benadrukken we die minder duidelijke situaties waarover - zoals net aangegeven - vaak misverstanden zijn.

Heb je naaste lief als jezelf

"U zult uw naaste liefhebben als uzelf. Er is geen groter gebod dan deze", zo staat er regelmatig geschreven in de bijbel. Hierbij wordt het als vanzelfsprekend aangenomen dat je van jezelf houdt, en dat hoe je jezelf behandelt een goed voorbeeld is voor hoe je anderen moet behandelen.
Wat hieraan bijna synoniem is, is het welbekende "Alles dan wat u wilt dat de mensen u doen, doet u hun ook zo, want dat is de Wet en de Profeten."

Dus: hoe moet ik mijn naaste liefhebben? Daarvoor stel je eerst wat andere vragen, namelijk: Hoe wil ik zelf behandeld worden door anderen? Hoe houd ik van mezelf? Hoe behandel ik mijzelf? Waarschijnlijk zijn de eerste zaken die in je opkomen de meer vanzelfsprekende acties, zoals die eerdergenoemde boodschappen betalen of dat men echte interesse in je toont, maar laten we wat verder kijken dan dat - naar wat op de lange termijn goed voor je is, maar op de korte termijn misschien minder prettig voelt.
Ik wil namelijk ook dat mensen mij mijn stommiteiten laten zien om van te leren, mijn blinde vlekken benoemen zodat ik ze kan zien en mijn zwaktes aankaarten voor mij om te versterken. Als ik op het verkeerde pad loop, wil ik dat dat mij verteld wordt, of dat ik daar desnoods vanaf gesleurd wordt.
Wie op een gezonde manier van zichzelf houdt, doet wat nodig is om een goede toekomst te hebben. Zo kunnen diëten, sporten, sparen en investeren vormen zijn van korte termijn lijden voor lange termijn winst.

Oordelen of negeren?

Nog een vraag: is het liefdevol om anderen te oordelen? Snel wordt er in de huidige cultuur geantwoord: "Nee!" Op zich kun je dat redelijk onderbouwen met wat uitspraken van Jezus zoals: "Oordel niet, zodat u niet geoordeeld wordt... Waarom ziet u wel de splinter in het oog van uw broeder, maar merkt u de balk in uw eigen oog niet op?". Maar dit is niet het einde van Jezus' uitspraak in Mat 7. Jezus sluit af met dat ze eerst de balk uit hun eigen ogen moeten halen, want dan zullen ze scherp genoeg zien om de splinter uit het oog van de ander te halen. Er geldt dus zeker geen verbod op oordelen - zoals ook uit vele andere schriftgedeelten blijkt - maar er moet wijs mee worden omgegaan; er is balans nodig. Wie geneigd is zich teveel met anderen te bemoeien kan beter eerst aan zichzelf werken, maar wie zelf al wél scherp ziet, is geroepen anderen te helpen ook scherp te zien, door middel van rechtvaardig oordelen. Joh 7:24 zegt ook: "Ga in uw oordeel niet op de schijn af, maar laat uw oordeel rechtvaardig zijn". Jezus geeft hier dus Zijn goedkeuring over het oordelen over anderen, als je maar scherp ziet wat het hart van de zaak is.

Wat onderscheidt of het oordelen van iemand liefdevol of liefdeloos is, is de achterliggende motivatie. Om weer terug te grijpen op de definitie van liefde: probeer ik te doen wat op de lange termijn goed is voor de ander, ook al kost het mij wat? Dit betekent dus dat je niet moet oordelen zodat je er zelf beter door uit komt bijvoorbeeld omdat je het beter weet. Ook niet dat je oordeelt om de ander in een kwaad daglicht te stellen. Dat is juist het tegenovergestelde van liefde.

Stel, je ziet dat het huwelijk van vrienden stukje bij beetje afbrokkelt - wat doe je? Je kunt zeggen: "Ik oordeel niet" en daarmee negeer je de situatie. Ten eerste klopt het niet dat je niet oordeelt, want puur door te constateren dat hun huwelijk in slechtere staat is dan je eigen, en dat dat wat jou betreft onwenselijk is, heb je al bij jezelf geoordeeld. Ten tweede, stel dat je dat oordeel voor jezelf houd en je hen dus met rust laat, heb je hen dan lief? Negeren is misschien wel lief, maar het is zeker geen liefde! Sterker nog, het is alsof je ze nietsvermoedend op een ravijn ziet aflopen en zelf de andere kant opkijkt. Negeren is voor iedereen het prettigst op de korte termijn, maar rechtvaardig oordelen is oncomfortabele liefde, en dient de lange termijn.

Confrontatie of acceptatie?

Wat ga je doen met dat oordeel over wat in jouw ogen mis gaat met andermans leven? Je kunt de persoon confronteren of de situatie accepteren, en het is niet altijd duidelijk wat het beste is, zelfs als je motieven puur zijn.

Iemand confronteren is eng en het kost jezelf een hoop, maar als je het doet om die ander op te bouwen, kan het levens radicaal vernieuwen. Ik weet nog heel goed dat in mijn studententijd een vriend ineens tegen mij zei: "Tom, jij leeft voor jezelf". Ik heb geen idee wat ik daarop antwoordde, maar ik weet wel dat ik dat pijnlijk vond en het ging overdenken. In de jaren daarop kwam ik er gaandeweg achter in welke mate hij gelijk had en hoezeer die opmerking mij had opgebouwd - na eerst een stukje zelfgerichtheid af te breken. Die opmerking van hem was absoluut niet lief, maar zeker wel vol liefde!
Het is ook een absolute eye-opener te zien dat Jezus nog veel scherpere opmerkingen plaatste naar zijn toehoorders - uit liefde! Hij noemt mensen soms huichelaars, addergebroed, kinderen van de duivel, witgeverfde graven, en in Mar 8:10-21 noemt hij zijn discipelen ronduit dom. Niet uit emotie, om een argument te winnen of de ander te kijk te zetten, maar juist om die mensen door de waarheid te versterken.

In sommige situaties sta je te ver van de persoon af om in liefde te kunnen confronteren, en soms is het zo complex dat acceptatie even het beste is. De uitdaging blijft om te herkennen waar er een situatie is waar wij kunnen kiezen te doen wat op de lange termijn goed is voor de ander, ten koste van onszelf. Want laten we wel wezen; wanneer je iemand confronteert of scherp de waarheid vertelt, kan het je je relatie en reputatie kosten.
In het geval van die vrienden wiens huwelijk in slechte staat is, wat zou voor hen goed zijn op de lange termijn? Te vaak wordt er gekozen voor het makkelijke - voor de acceptatie, maar er is lef en liefde nodig voor iemand die in die geest kiest voor wijze confrontatie.

Straffen of laten gaan?

Het begint allemaal met een (hopelijk rechtvaardig) oordeel. Daarna volgt - indien nodig - de confrontatie. Maar wat als de confrontatie vruchteloos blijkt? Waar er sprake is van een gezagsverhouding kan het nodig zijn dat er moet worden besloten of er gestraft wordt, of dat we de zonde bedekken onder de mantel der liefde. 

De maatschappelijk tendens van het opvoeden van je kinderen is de laatste decennia verschoven van corrigeren en straffen - soms ook lijfstraffen - naar vooral lief doen. Er wordt gepromoot dat we ver meegaan in de wensen van het kind, alleen het positieve benoemen en niet boven het kind maar naast het kind staan.
Bepaalde elementen hiervan zijn in zekere mate goed, maar andere broodnodige ingrediënten van opvoeding worden regelmatig buiten boord gegooid.

Dit heb ik geleerd van God zelf door wat Hij in de bijbel heeft gecommuniceerd en ons heeft voorgedaan: je kinderen straffen is liefdevol - mits goed toegepast!  Eerder heb ik een heel artikel geschreven over waarom een goede vader (en moeder) zijn/haar kinderen straft.
In het kort: Hebreeën 12 citeert Spreuken 3:11-12 wanneer het zegt:

"Mijn zoon, je mag een vermaning van de Heer nooit terzijde schuiven en nooit opgeven als je door hem terechtgewezen wordt, want de Heer berispt wie hij liefheeft, straft elke zoon van wie hij houdt." 

Ook wordt uitgelegd dat als we niet deze leerschool doorlopen, we geen echte kinderen zijn. De disciplinering van God is op korte termijn vervelend, maar op lange termijn plukt wie erdoor gevormd is er de vruchten van: een leven in vrede en gerechtigheid.

Verder zegt Jezus tegen de gemeente in Laodicea, in Opb 3:19

"Iedereen die ik liefheb wijs ik terecht en bestraf ik. Zet u dus volledig in en breek met het leven dat u nu leidt."

De ander liefhebben is...

De ander liefhebben betekent dus dat we zelf een offer brengen om te doen wat goed is voor de ander. Dit kunnen wederzijds prettige acties zijn, maar er zijn zeker ook momenten wanneer we rechtvaardig moeten oordelen, in wijsheid moeten confronteren en hen die onder ons gesteld zijn corrigerend mogen straffen. Niet altijd bij iedereen, maar op de momenten dat die ander er echt bij gebaat is. Niet omdat wij zelf graag vingerwijzen, maar omdat de ander er uiteindelijk door wordt opgebouwd en zo dichter bij God komt.

Verder artikelen worden geplaatst op mijn website In Goede Grond



maandag 3 januari 2022

Liefde Geclassificeerd (Liefde deel 2/4)

Verschillende soorten liefde?

In het vorige artikeltje hebben we gezien wat een bijbelse definitie is van "liefde", namelijk: "Ik kies te doen wat op de lange termijn goed is voor jou, ten koste van mijzelf". De vraag is nu of deze definitie wel compleet genoeg is, want regelmatig hoor ik een spreker of schrijver die aangeeft dat er verschillende soorten liefde zijn, bijbels gezien. Er worden dan vaak drie of meer van de volgende Griekse woorden gebruikt om dat te onderbouwen: Agapè, Phileo, Storgé, Pramga en Eros.

Heel vluchtig is dit de uitleg die ik vaak gehoord of gelezen heb: agapè is de liefde van God; dit is de hoogste liefde en deze is onvoorwaardelijk. Phileo is voorwaardelijke, menselijke vriendschapsliefde en eros is lichamelijke, erotische liefde. Storgé is broederlijke of familiare liefde en pragma is de liefde die overblijft als de verliefdheid is uitgewerkt, een "enduring love".

Hoe verbaasd was ik tijdens het fact-checken te ontdekken dat dit totaal niet overeenkomt met hoe de bijbel deze woorden gebruikt! In dit artikel leer je wat deze verschillende bijbelse woorden voor "liefde" daadwerkelijk betekenen. We doen een woordstudie en sluiten af met een eenvoudige maar krachtige conclusie.

Agape

Dit woord komt meer dan 300 keer voor in het nieuwe testament, in verschillende vervoegingen. Hier is een kleine greep van de schriftgedeelten die samen een mooi divers beeld geven:

De ander liefhebben met agape is een gebod, te lezen in bijv. Mat 5 en  Luk 10. Daar staat namelijk "U moet uw naaste liefhebben" en zelfs "Heb uw vijanden lief". Dit is ook de liefde die genoemd staat in het beroemde Joh 3:16: "Want alzo lief heeft God de wereld gehad..."

Agape is een liefde waar je voor kiest. Zowel God als mensen kunnen zo liefhebben.

In veel gevallen is agape liefde positief; echt uit op de winst van de ander, maar dit is niet altijd het geval. Jezus veroordeelt Farizeeën omdat ze houden van de ereplaats in de synagoge (Luk 11:43). Ook lezen we in Joh 3:19 "Dit is het oordeel: het licht kwam in de wereld en de mensen hielden meer van de duisternis dan van het licht, want hun daden waren slecht.
Ook is agape niet altijd onvoorwaardelijk, zoals vaak gedacht wordt: In Joh 15:10 zegt Jezus: "Als u Mijn geboden in acht neemt, zult u in Mijn liefde blijven".
Dit laat dus heel wat anders zien dan dat agape de hoogste, onvoorwaardelijke en goddelijke liefde zou zijn. Wat is agape dan wél?

Agape is liefde op basis van een wilsbesluit waarmee je een voorkeur aangeeft. Agape is de liefde van redenatie.

Zowel God als mensen kan deze liefde hebben, zowel negatief als positief. Belangrijk is te zien dat de liefde hier niet gemotiveerd is door passie of emoties.

Phileo

De stam "phil-" kenmerkt een hele familie aan griekse woorden. Er is geen zelfstandig naamwoord op basis van deze phil-stam, maar het wordt gekoppeld aan een zelfstandig naamwoord om zo liefde voor die zaak aan te duiden. Philautos is zo'n voorbeeld; dit is liefde voor jezelf. Het is belangrijk om genoeg van jezelf te houden, en goed voor jezelf te zorgen, maar het woord philautos is in bijbelse context negatief. Functioneel vertaald is dit zelfzuchtig of egoïstisch.

Het eerste wat opvalt, is dat phileo en agape veel overlap hebben in betekenis en soms zelfs als synoniemen gebruikt worden. In Lukas 11 zagen we dus al dat de Farizeeën houden van (agape) de ereplaats in de synagoge. In een parallel gedeelte in Mat 23:6 staat precies hetzelfde idee, maar dan met phileo! We zien dit gebruik van phileo en agape als synoniemen zelfs binnen hetzelfde bijbelboek. Johannes is de discipel van wie Jezus houdt. In Joh 19:26 is dit agape liefde, en in Joh 20:2 is dit phileo liefde.

Verder lezen we weer dat zowel God als mensen kunnen liefhebben met phileo liefde. In Joh 16:27 staat  bijvoorbeeld dat de Vader zelf de leerlingen liefheeft, omdat zij Jezus hebben liefgehad. Beide kanten op staat hier phileo.

In het merendeel van de gevallen - met name in de evangeliën - wordt phileo gebruikt om een foute gehechtheid aan status, bezit of je eigen leven aan te duiden. Omdat phileo een meer emotioneel gefundeerde liefde is, is het inderdaad zo dat het wat vaker misplaatst kan zijn, maar dit maakt het niet minderwaardig. Vaak genoeg is het juist ook een prachtige genegenheid onder gelovigen onderling, zoals in Tit 3:15 wanneer Paulus z'n brief met een groet afsluit "Groet hen die ons liefhebben in het geloof" of in Rom 12:10 waar het woord "philostorgos" gebruikt wordt. "Heb elkaar hartelijk lief met broederlijke liefde. Ga elkaar voor in eerbetoon."

Phileo is affectioneel liefhebben, aangewakkerd door je emoties. Phileo is de liefde van persoonlijke ervaring en genegenheid

Storgé, Pragma en Eros

Over deze drie Griekse woorden kunnen we - in context van het nieuwe testament - heel kort zijn. Storgé wordt niet gebruikt als woord op zich, maar als philostorgos, waar we de vorige alinea mee afsloten. Dit is meteen ook het enige voorkomen van een vervoeging van storgé.

Zowel pragma als eros komen simpelweg niet voor in de bijbel (tenzij ik me flink vergis). Zullen we het hier dan verder ook maar niet meer over hebben?

Een keuze, met of zonder warm gevoel

Zo komt het dus eigenlijk neer op twee verschillende basiswoorden voor liefde: agape en phileo. Er is overlap in de twee en beiden zijn belangrijk voor zowel God als mensen. Wat het verschil tussen de woorden ons leert, is niet dat er twee soorten liefde zijn, maar wel dat er twee verschillende bronnen zijn waar vanuit die liefde geïnitieerd kan worden in ons. Liefde kan - zoals "agape" omschrijft - een droog wilsbesluit zijn, zonder dat je er warme gevoelens bij hebt. Simpelweg in gehoorzaamheid kies je ervoor de ander lief te hebben, ook al heb je aan sommige mensen een hekel. Dit is krachtig en zelfs hét grote gebod voor ons christenen vandaag. Dit alléén zou echter best kaal zijn, als er geen passie bij komt kijken en emotieloos blijft. Daarom kan liefde ook geboren worden uit gevoel, genegenheid en affectie; dat geeft het kleur en maakt het een stuk persoonlijker. We mogen alleen niet vergeten dat je gevoel geen betrouwbaar fundament is om je acties - en dus je liefde - op te baseren. 

Laat je leven leiden door agape, en laat het kleur krijgen door phileo.

Lees hier deel 3 van deze serie. Hierin onderzoeken we wat deze definities van liefde voor consequenties hebben voor ons dagelijk leven in het liefhebben van "je naaste als jezelf"

Verder artikelen worden geplaatst op mijn website In Goede Grond

vrijdag 24 december 2021

Liefde Gedefinieerd (Liefde deel 1/4)

Wat is liefde?

Liefde staat centraal in het christendom. Eén van de meeste bekende omschrijvingen van God is "God is liefde", en het ultieme gebod - dat alle regels en voorschriften samenvat - is "Heb God lief met heel je hart, ziel, verstand, kracht en heb je naaste lief als jezelf".

Aangezien liefde het fundament is van het christelijk geloof zou het logisch zijn dat alle christenen precies weten wat "liefde" is... Maar naar mijn ervaring weten juist heel weinig gelovigen te duiden wat liefde is. Dit gebrek aan kennis kan voor spraakverwarring zorgen en zelfs het missen van je doel in het leven.

Dit artikeltje is de eerste uit een serie van vier. In elk artikel beantwoorden we een vraag:

  1. Wat is een definitie van liefde?
  2. Welke soorten liefde onderscheidt de bijbel?
  3. Wat is je naaste liefhebben als jezelf?
  4. Wat is liefde tussen God en mens?

Al zeg je het woord "liefde" dan denk je al snel aan romantische relaties of aan seks, aan een persoon wie je erg graag mag of aan een warm gevoel. Al deze ideeën moet je van je af zetten, want we gaan de bijbel laten definiëren wat liefde is, zonder input van onze huidige cultuur.

"God is liefde" lezen we in de brief 1 joh. Dat zegt nog niet wat liefde dat ís, aangezien we God maar ten dele kennen. Als we verder in de brief lezen, komen we prachtige voorbeelden en elementen van liefde tegen:

1 Joh 4:9 Hierin is de liefde van God aan ons geopenbaard, dat God Zijn eniggeboren Zoon in de wereld gezonden heeft, opdat wij zouden leven door Hem.

Liefde is iets van jezelf geven voor het leven van de ander

1 Joh 4:10 Hierin is de liefde: niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons heeft liefgehad, en Zijn Zoon zond als verzoening voor onze zonden

De puurste liefde is niet reactief maar proactief. Ik kom in actie

1 Joh 3:16 Hieraan leerden wij de liefde kennen, dat Hij [Jezus] voor ons Zijn leven heeft gegeven. Ook wij moeten voor de broeders het leven geven.

Liefde is je eigen leven geven voor de ander

Mat 5:43 Heb uw vijanden lief: zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten.

Absoluut essentieel om te zien dat Jezus niet zegt "Vind je vijanden lief" maar "Heb je vijanden lief"! Het eerste zou een onmogelijk iets zijn; het tweede ligt wel in onze macht.

Liefde is een gebod, een keuze onafhankelijk van gevoel, om goed te doen voor de ander

Heb 12:5-11 ... de Heer bestraft wie Hij liefheeft, en Hij geselt iedere zoon die Hij aanneemt... En elke bestraffing schijnt op het moment zelf wel geen reden tot blijdschap te zijn, maar tot droefheid. Maar later geeft zij hun die erdoor geoefend zijn een vreedzame vrucht van gerechtigheid

Liefde is niet altijd lief, maar beoogt andermans lange termijn bestwil

Conclusie

Terug naar "God is liefde": Alles wat God ooit heeft gedaan, was een daad van liefde - anders kun je niet zeggen dat Hij in wezen liefde is. Dus zelfs de ballingschappen, Zijn dodelijke straffen, het lijden in de wereld nu en de periodes van stilzwijgen in je leven. Maar hoe dan? 

De sleutel is het besef dat God niet alleen van "mij nu" houdt, maar van "iedereen altijd". Dat verbreedt mijn pespectief tot in de eeuwigheid van miljarden mensen, in plaats van mijn eigen leventje op de korte termijn.

Liefde is onafhankelijk van mijn comfort, jouw comfort, of van wederkerigheid. Het is een actie niet geleid door emoties. Het is een gevende kracht van altruïsme. Romantiek, emoties of een affiniteit met de ander zijn zaken die in combinatie met liefde voor kunnen komen, maar zeker niet noodzakelijk zijn!

Wat is dan een bijbelse definitie van liefde? Hier komt 'ie! Liefde is:

"Ik kies te doen wat op de lange termijn goed is voor jou, ten koste van mijzelf".

Elk element dat je hier van afhaalt, doet de werkelijke betekenis van liefde geweld aan. Kijk maar naar het ultieme voorbeeld van liefde: Jezus die naar de aarde kwam en Zichzelf gaf tot aan het kruis. Hij koos ervoor dat te doen voor ons waar we in de eeuwigheid geweldig voordeel aan hebben, en het kostte Hem alles.

De volgende keer dat jij iemand hoort praten over liefde kun jij toetsen of het échte liefde is. Is het een keuze en een offer om iets te doen wat uiteindelijk goed is voor de ander?

In deel 2 van deze vierdelige serie over liefde bekijken we wat voor verschillende soorten liefde de bijbel onderscheidt. Misschien ken je de Griekse woorden wel: agape, fileo, eros etc. Hierover bestaan veel misverstanden en ik zal je mijn pespetief erop geven.

Verder artikelen worden geplaatst op mijn website In Goede Grond

dinsdag 20 april 2021

Straft God nog steeds?

OT God versus NT God?

Een observatie die zowel binnen de kerk als buiten de kerk gemaakt wordt, is dat het er soms op lijkt alsof de bijbel schrijft over twee Goden, in plaats van één. Je hebt de God van het oude testament en de God van het nieuwe. Eigenlijk weten we wel dat dit dezelfde God is, en dat God zich niet ontwikkeld heeft van een grumpy straffende rechter naar een lieve allemansvriend, maar toch... Het knaagt aan de gedachten van velen.

In het oude testament zien we God flink straffen, bijvoorbeeld door een vreemd volk te sturen dat Israël overheerst of door duizenden te laten sterven. We zien God het volk als groep straffen, en individuën voor hun wandaden, maar dan komt Jezus, en daarmee het nieuwe testament. Vergeving lijkt een prominentere rol in te nemen wanneer Immanuël er is. God is dezelfde maar handelt anders op sommige vlakken, maar hoe zit dat met straf en veroordeling?

Om te beginnen: Mijn argument geformuleerd in logica taal. Als de volgende premissen waar zijn, volgt daaruit dat de conclusie ook waar is:

Premisse 1: God is een goede Vader

Premisse 2: Een goede vader straft zijn kinderen

Premisse 3: God heeft nog steeds kinderen

Conclusie: God straft nog steeds

Dit is heel belangrijk: Er zijn twee soorten straf, welke enigszins overlappen. De eerste is straffen om de rechtvaardigheid, en de tweede soort is straffen om de correctie. Met "straffen" bedoel ik hier niet dat de prijs betaald moet worden voor de zonde, omdat dat door Gods rechtvaardigheid vereist wordt. Ik doel vooral op die tweede vorm, namelijk dat God ons disciplineert met als doel ons te corrigeren en te laten groeien in ons proces van heiliging. Een christen is al gerechtvaardigd voor God, maar wordt nog geheiligd in zijn praktische leven.

Aan mij nu de taak om de drie premissen - mijn stellingen - te bewijzen. Het artikel moet wel kort blijven, dus we nemen wat shortcuts hier en daar. Hier is meteen de eerste shortcut: Premisse 1 en 3 zijn evident en behoeven weinig uitleg, hoewel je hier hele boeken over kunt schrijven. God is goed (Luc 18:19), en wordt keer op keer als Vader omschreven, zowel in het oude als het nieuwe testament (Ps 103:13 en gebed "Onze Vader...").  Iedereen die bij Hem hoort, wordt Zijn kind genoemd (Joh 1:12-13), dus God heeft nog steeds kinderen. De middelste premisse is de laatste decennia wat controversiëler geworden, dus laten we deze iets verder uitdiepen.

Een goede vader straft zijn kinderen?

De taak van een vader is om zijn kinderen op te laten groeien tot gezonde volwassenen. Volwassen worden gaat niet automatisch aangezien niemand van nature perfect is, zoals Romeinen 3:12 aangeeft:

"Allen hebben ze zich afgewend, heel de mensheid is verdorven. Er is geen mens die nog het goede doet, er is er zelfs niet één."

Als je vader het goede voor ogen heeft met je, zal hij je niet alleen onvoorwaardelijk welkom heten, maar zal hij je ook corrigeren zodat je zult leven zoals je bedoeld bent. In de wijsheidsliteratuur staan zoveel instanties hiervan dat we er maar een paar uit zullen lichten:
Straf je zoon, voordat het te laat is, maar ga daarin niet te ver (Spr 19:18). Als je een slecht mens straft, wordt hij verstandig. Straf je een verstandige, dan wordt hij nog wijzer (Spr 19:25). Wie zijn zoon de stok onthoudt, haat hem. Wie hem liefheeft, tuchtigt hem (Spr 13:24). Straf en berisping leiden tot wijsheid, maar een kind dat aan zichzelf wordt overgelaten, wordt een schande voor zijn ouders (Spr 29:15).

Bij een goede vader ben je onvoorwaardelijk welkom, zoals je bent, maar hij zou niet goed zijn als hij je laat zoals je bent. Dit is exact wat de leer van "Justification, sanctification and glorification" weergeeft. De correcties van de goede Vader horen onder het kopje "sanctification" en zijn geen middel tot "justification". Dit wordt ook mooi geïllustreerd door wat God over Davids zoon Salomo zegt in 2 Sam 7:14-15 

"Ik zal een vader voor hem zijn en hij voor mij een zoon: als hij zondigt, zal ik hem kastijden met stok- en zweepslagen, zoals een vader doet, maar hij zal nooit bij mij uit de gunst raken..."

Gods karakter is sindsdien niet veranderd, en de komst van het nieuwe verbond heeft hier weinig verandering in gebracht. Dit wordt namelijk nog eens benadrukt in bijvoorbeeld Hebreeën en Openbaring.

Hebreeën 12 citeert Spreuken 3:11-12: 

"Mijn zoon, je mag een vermaning van de Heer nooit terzijde schuiven en nooit opgeven als je door hem terechtgewezen wordt, want de Heer berispt wie hij liefheeft, straft elke zoon van wie hij houdt." 

Ook wordt uitgelegd dat als we niet deze leerschool doorlopen, we geen kinderen zijn. De disciplinering van God is op korte termijn vervelend, maar op lange termijn plukt wie erdoor gevormd is er de vruchten van: Een leven in vrede en gerechtigheid.

Als we toch eens zouden beseffen dat "liefde" en "lief" wel veel letters gemeenschappelijk hebben, maar weinig betekenis... Dit zegt Jezus tegen de gemeente in Laodicea, in Opb 3:19

"Iedereen die ik liefheb wijs ik terecht en bestraf ik. Zet u dus volledig in en breek met het leven dat u nu leidt."

God straft Zijn kinderen

Juist het feit dat God een goede Vader is, en dat God liefde is bewijst dat God nog steeds straft. Een God die niet zou straffen zou liefdeloos en slap zijn.  Als God ons niet meer straft zou hij ons zelfs haten. (Spr 13:24).
De drie premissen zijn waar, en daarom staat de conclusie als een rots: "God straft nog steeds"

Deze straf heeft niets te maken met onze redding, met het straffen van de zonde omdat dat opnieuw scheiding brengt tussen God en mens; met die straf en scheiding heeft Jezus voorgoed afgerekend, zoals we lezen in Rom 8:1: Dus wie in Christus Jezus zijn, worden niet meer veroordeeld. (Dit laat nog wel de vraag open "wanneer ben je in Christus Jezus?". Lees Joh 15)
Deze straf en disciplinering heeft te maken met het groeien als mens, groeien in onze bestemming en het proces van heiliging. 

Volledig veilig in de zekere acceptatie en liefde de Vader wil ik graag door Hem gestraft worden. "Wie erdoor gevormd wordt, plukt er op den duur de vruchten van; een leven in vrede en gerechtigheid"

Verder artikelen worden geplaatst op mijn website In Goede Grond

donderdag 18 juni 2020

Hij, die in u een goed werk is begonnen, zal dit voleindigen


Heer, waarom wordt Paulus nou gevangen genomen?

Laatst begon ik de brief aan de Filippenzen te lezen. Paulus start in hoofdstuk 1, na zijn genereuze openingszinnen, te vertellen over zijn gevangenschap. Wat mij enorm opvalt is het gapende gat tussen het effect wat zijn gevangenschap heeft op de kerken toen en wat het nu zou losmaken als een top christelijk leider gevangen zou zitten zonder uitzicht op vrijlating. Dit zette me aan het denken.
Stel je voor dat de voorganger van je eigen kerk gevangen genomen is, puur en alleen omdat hij zo’n impactvolle christen is en fanatiek evangeliseert. Alle gemeenteleden zijn al maandenlang vol verve aan het bidden voor zijn vrijlating maar in plaats daarvan wordt hij nu zelfs in het buitenland gevangen gehouden, en de enige communicatie met hem is af en toe een brief die hij kan sturen naar een kerk. Wat zou de stemming zijn onder de gelovigen? Vragen als: “Waarom verhoort God onze gebeden nou niet?” zouden regelmatig klinken. Er zullen wat gelovigen afhaken en niets meer te maken willen hebben met een God die blijkbaar óf niet bestaat óf zelfs zijn meest trouwe volgeling niet redt.

Door ellende juist méér vertrouwen in God?

Wat brengt deze gevangenschap teweeg in de tijd van Paulus? “Bovendien durven de meeste broeders en zusters, omdat ze door mijn gevangenschap in de Heer vertrouwen hebben gekregen, de boodschap nu nog onbevreesder te verkondigen.”
Hoe is het mogelijk dat zo’n tegenslag, zonder gebedsverhoring, juist in méér vertrouwen in God resulteert? God lijkt juist onbetrouwbaar en risicovol door deze ervaring, toch?
Sterker nog, het hele voorval lijkt de andere gelovigen juist aan te sporen óók het nieuws over Jezus Christus zo enthousiast te gaan verspreiden!
Ik denk dat we het antwoord verderop lezen: “Het is mijn stellige hoop en verwachting dat ik mij nergens voor zal hoeven te schamen, maar dat Christus bij alles wat mij overkomt in alle openheid geëerd zal worden, of ik nu in leven blijf of moet sterven. Want voor mij is leven Christus en sterven winst.”
Paulus zal zich niet hoeven schamen omdat Christus hierdoor eer ontvangt. Alsof Paulus' eer één op één verbonden is met die van Jezus. Geen enkele gebeurtenis is interessant als de naam van Jezus er niet door groeit; niets is er om van te balen als het Gods reputatie niet schaadt. Alles draait om Zijn Naam. Boeiend of ik dan sterf of niet; hoe erg is sterven nou? Je bent dan des te sneller bij Jezus, daarom kun je het zelfs “winst” noemen!
De hele manier waarop Paulus omgaat met zijn gevangenschap zorgt ervoor dat de naam van Christus geëerd wordt. Hier is een duidelijk voorbeeld dat God alles laat meewerken ten goede, in de levens van wie Hem liefhebben. Niet ten goede voor Paulus natuurlijk, maar door Paulus, ten goede van Jezus’ naam. Paulus is, in tegenstelling tot bijna alle westerse christenen nu, helemaal niet geïnteresseerd in dat God alles laat meewerken ten goede van hemzelf. Het gaat hem alleen om Jezus’ naam.
Juist door deze mindset kan Paulus door deze gevangenschap het evangelie des te breder verspreiden, tot in de hoge rangen van het rijksbestuur. Paulus is blij met deze omstandigheden. Het toegenomen vertrouwen in de Heer is geen vertrouwen in dat Hij goed voor jou persoonlijk zorgt, het is vertrouwen dat Hij ongeacht wat er gebeurt door zal gaan met het werk dat Hij is begonnen.

Hij, die in u een goed werk is begonnen...

En dit is nog zo’n tekst, uit dit hoofdstuk, die altijd wordt geprojecteerd op onszelf als individu – als een belofte om ons gerust te stellen dat we bij God blijven horen. God doet een werk in je persoonlijk leven voor jou en Hij zal dat ook afmaken. Gezien de rest van dit hoofdstuk lijkt me dat geen logische interpretatie. Volgens mij bedoelt Paulus dat deze gemeenten in Filippi vanaf de eerste dag tot nu toe hebben bijgedragen aan de verspreiding van het evangelie. Dit goede werk (wat hij in Fillipi is begonnen) zal Hij voltooien op de dag van Christus. Het “goede werk” zou dan de verspreiding van het evangelie zijn. Niet jouw persoonlijke comfort of effectiviteit in Gods Koninkrijk, maar Gods Koninkrijk als geheel.
De meesten van ons (inclusief ikzelf vaak) plaatsen dit hele hoofdstuk automatisch in ons individualistisch paradigma: God is een werk voor mij begonnen, en Hij zal dat in mij afmaken. Hij is trouw aan mij en zorgt ervoor dat mij niets ergs zal overkomen. Als ik gevangen genomen wordt omdat ik werk voor het evangelie, vertrouw ik God dat Hij mij zal bevrijden. Ik zal mij nergens voor hoeven schamen als God mij uiteindelijk redt en zo Zich weer betrouwbaar bewijst. Wat een getuigenis als ik blijf leven en bevrijd wordt, en wat een crisis en dieptepunt in ons leven en smet op Gods reputatie als ik, gevangen omwille van Christus, ter dood gebracht zou worden.
In tegenstelling tot dit, lees hier wat de boodschap van Filippenzen 1 is: God is een werk begonnen in Zijn Koninkrijk, waar ik een rol in mag vervullen. Het evangelie zal verspreid blijven worden; Hij zal het werk afmaken. Hij is trouw en Zijn Koninkrijk zal standhouden, ook al sterf ik. Als ik gevangen genomen wordt omdat ik werk voor het evangelie, zal dit het evangelie juist ten goede komen. God is betrouwbaar: Hij maakt namelijk het werk van Zijn evangelie af, zelfs (of juist) met mij in de gevangenis. Ik hoef mij nergens voor te schamen want mijn eer is Gods eer en dit lijden komt Zijn eer ten goede. Het is vrij oninteressant of ik leef of sterf; beiden hebben zo hun voordeel.

Vertrouwen of teleurstelling in God

Zoveel mensen zijn teleurgesteld in God. Wat is een teleurstelling in iemand? Dat is dat hij/zij jouw verwachtingen niet heeft waargemaakt. Dat betekent dat er óf iets mis is met God, óf met jouw verwachtingen van Hem. Optie 1 lijkt me per definitie niet juist dus stel ik dat elke teleurstelling in God het gevolg is van verkeerde verwachtingen; die moet je dus bijstellen. Paulus verwachtte geen verlichting van zijn lasten, ging niet in zijn autoriteit staan om bevrijding te proclameren, maar deed gewoon wat God hem te doen heeft gegeven: vertellen over Jezus waar hij is. Paulus kón niet teleurgesteld raken in God omdat hij geen onterechte verwachtingen had. Hij vertrouwde alleen dat het evangelie doorgang zou vinden, hoe dan ook, door wie dan ook. En zo kon dit hele voorval juist positief werken voor het vertrouwen van de kerk in God. De vraag aan iedereen die zegt dat hij God vertrouwt is dus: “Waar vertrouw je op dat God zal doen?”

God zorgt toch ook goed voor zijn kinderen?

Oké, tijd voor de hardnodig nuance. Wat ik nu het lastige vind is hoe we dit moeten rijmen met het feit dat God een Vader is die het beste met Zijn kinderen voorheeft, die zo veel van iedereen individueel houdt. Er staat toch ook dat we ons geen zorgen moeten maken om wat we zullen eten, waar we ons mee kleden en of we onderdak hebben? (Mat 6). God weet wat we nodig hebben nog voor we Hem erom vragen. Over het algemeen - daar ben ik van overtuigd - wil Hij ons levend, gezond en gelukkig hebben. Hoe matcht dit nu allemaal met het haast ongevoelige en onpersoonlijke wat we in Filippenzen 1 lezen? Ik denk dat we deze verschillende, haast tegengestelde, bijbelgedeelten moeten interpreteren in elkaars licht en met elkaar moeten balanceren. En vergeet ook niet dat de realiteit van het leven bepaalde interpretaties vrij onmogelijk maken. Het feit is dat toegewijde christenen vandaag verhongeren, gevangen gezet worden en worden vermoord. Dit laat maar 2 opties over: Eén: zij geloofden of baden allemaal niet genoeg of verkeerd. Of twee: God garandeert niet dat een goed christen genoeg te eten heeft met altijd kleding en onderdak en nooit gevangengezet of vermoord zal worden. Dan, als God die garantie niet geeft, waarom zouden we dan vertrouwen dat Hij ons zal redden in enig andere dimensie dan onze redding in eeuwige context? Heel logisch en toegestaan dat we bidden of ons deze verschrikkelijke dingen bespaart zullen blijven, en natuurlijk redt God daadwerkelijk regelmatig mensen hiervan; het enige waar ik je voor waarschuw is dat er geen garanties zijn voor je omstandigheden in je leven op aarde.
Het is alsof Gods eerste prioriteit is dat Zijn Koninkrijk gevestigd wordt, en Zijn tweede prioriteit dat het aardse leven van de individuen in dat Koninkrijk lang en welvarend zal zijn. Er is een significante overlap tussen deze twee prioriteiten, maar ook een duidelijk gebied waarin ze conflicteren, zoals hier in Paulus’ gevangenschap.

Verder artikelen worden geplaatst op mijn website In Goede Grond

maandag 20 mei 2019

De Geest als aanbetaling

Gods kracht in lijden

2 Korinthiërs 5 wordt voorafgegaan door een gedeelte waarin Paulus benadrukt dat zij als apostelen een enorme hoeveelheid lijden te verduren hebben. Ze houden hierin stand en ze verzaken hun plicht niet. Ook al wordt hun uiterlijke bestaan kapot gemaakt, hun innerlijke mens wordt juist vernieuwd en wordt steeds sterker! Paulus noemt al die ellende een “geringe last die we tijdelijk te dragen hebben”. Die last draagt hij van harte, want het resulteert in een eeuwige glorie die alles overtreft!
Hoe doet hij dat toch? Zo positief zijn onder zware tegenslag. Het is weer een combinatie van Gods werk en eigen inspanning. Aan de ene kant zegt hij: “Het moet duidelijk zijn dat deze overweldigende kracht [waardoor wij alles kunnen doorstaan] niet van onszelf is maar van God”. En aan de andere kant is zijn eigen inbreng hierin een doelgerichtheid met een focus op de onzichtbare en eeuwige dingen, waarbij hij zich niet richt op het zichtbare en tijdelijke.

Paulus kent een spanning tussen de realiteit van het leven op aarde, en de hoop op het leven hierna. Hij noemt zijn leven nu als het bivakkeren in een aardse tent. Deze tent is tijdelijk, niet plaatsgebonden, kent geen luxe, en het slijt. Na zijn dood zal hij echter leven in een echt permanent huis bij God. Een eeuwig huis. In elk opzicht is dat beter, dus waarom zou je niet meteen naar dat prachtige huis over willen gaan?
De constatering is dat je niet zozeer verlangt naar het einde van dit leven, maar dat je verlangt naar het einde van het lijden; dat je eeuwig lichaam nu al wordt gegeven in het huidige leven. Doorgaan in dit bestaan, maar dan zonder lijden, is wat we graag willen.
Wij moeten echter nog in deze aardse tent blijven, dus heeft God ons klaargemaakt voor het leven in de aardse tent inclusief het lijden dat daaraan inherent is. In plaats van ons meteen alles te geven waarop we hopen, krijgen we van God alvast een aanbetaling; de heilige Geest.

Heel belangrijk is de vertaling van het Griekse woord “arrabon”. Het wordt op slechts 3 plaatsen gebruikt in de bijbel: 2 Kor 1:22, 2 Kor 5:5 en Ef 1:14. Ik weet niet waarom veel Nederlandse vertalingen het woord “onderpand” gebruiken in plaats van “aanbetaling”, aangezien de letterlijke Strong’s definitie veel meer overeenkomt met “aanbetaling: “earnest (a part of the payment, given in advance as a security that the whole will be paid afterwards.)”. Het is een groot verschil of je de Geest zien als onderpand of als aanbetaling.

Een onderpand is een zekerheid voor de verstrekker van een product zodat als de koper/lener zich niet aan zijn verplichtingen kan voldoen, de verstrekker het onderpand mag houden ter compensatie. Zo is het onderpand voor een hypothecaire lening het huis wat ermee gekocht is. Mocht de huiseigenaar de lening niet kunnen aflossen, is het huis van de bank, simpel gezegd.
Het zou erg vreemd zijn als de gave van de Geest als onderpand wordt omschreven: Dit zou impliceren dat wij God iets uitlenen, en dat wij de Geest als onderpand mogen houden, stel dat God zich niet aan Zijn aflossingsverplichtingen kan houden. Dat klopt van geen kant.

Aanbetaling

Een aanbetaling is ook een zekerheid voor de verstrekker van het product, maar dan juist als een belofte dat de volledige koopsom in de toekomst zal worden overgedragen. Het laat zien dat de kopende partij toegewijd is de deal te laten slagen, en dat hij er op voorhand al in wil investeren. Binnenkort laten wij wat aan ons huis verbouwen. Dan moeten wij al 10% van de totale verbouwingskosten overmaken aan de aannemer. Hiermee tonen wij vertrouwen dat de aannemer z’n werk goed zal doen, en vragen we vertrouwen dat we de rest zullen overmaken nadat de klus geklaard is.
Dit is hoe het zit met de Geest, in ons huidige, met lijden vervulde leven. Wijzelf zijn het product; God koopt ons. Wij zijn echter nog niet volledig met Hem, want zolang we in deze aardse tent, ons sterfelijke lichaam, wonen, wonen we nog “ver van de Heer” (2 Kor 5:4). In die zin is de Geest ons gegeven als voorproefje, een klein deel van wat God belooft heeft ons nog te gaan geven.

Wat is dan onze inbreng in de deal? Dat is ons leven. De reden dat wie tot geloof komt niet meteen in de hemel wordt opgenomen is omdat God onze opdrachtgever is die nog een klus voor ons heeft op aarde, in zekere zin zoals ik de opdrachtgever ben van de aannemer die ons huis gaat verbouwen. God doet de aanbetaling van de Geest en verwacht van ons dat wij ons inspannen voor Hem. Als de klus geklaard is, zullen wij dan ook eerlijk betaald krijgen naar onze inspanning (2 Kor 5:9-10, 1 Kor 3:10-15, Luk 19). Dit is niet een vraag of je goed genoeg bent om de hemel in te mogen, of je genoeg karma hebt opgebouwd op aarde. Maar in zekere zin is dit wel een uitbetaling in hemelpunten. Wij zullen niet allemaal gelijk zijn in de hemel. Het is geen volledig egalitaire samenleving maar er zal een rechtvaardige hiërarchie zijn waarin sommigen het bestuur krijgen over 10 steden en sommigen over 1 stad (Luk 19). Een ieder krijgt van hij verdient. Er is dus wel degelijk een beloning naar je daden. Gods genade stelt ons in staat de hemel te betreden, en onze daden bepalen onze positie in de hemel. De beloning waarover Paulus spreekt is voor iedereen de verlossing van de zonde en het sterfelijk bestaan (Ef 1:13-14), en daar bovenop een resultaatafhankelijke bonus.

Hoe is dit tekstgedeelte van 2 Kor 5 nu praktisch relevant, in het licht van de Geest als aanbetaling?

  1. Als de heilige Geest een aanbetaling is, dan wordt er van ons ook een inspanning verwacht, waar onze uiteindelijke beloning van zal afhangen. Je weet dus dat het nog zin heeft in je “aardse tent” te blijven, in het met lijden vervulde leven, omdat God nog een klus voor ons heeft. Deze klus kunnen we klaren juist door deze aanbetaling te gebruiken: door de kracht van de heilige Geest en met je karakter dat door de Geest gesterkt wordt.
  2. De heilige Geest als aanbetaling bewijst Gods toewijding voor de uiteindelijke deal in de toekomst: De verlossing van de zonde en het lijden. We zijn verzegeld met de Geest en dat geeft ons het vertrouwen dat wij echt bij God horen; Hij zal het niet bij een aanbetaling laten.
  3. Het is logisch dat je Gods kracht en nabijheid nog niet volledig merkt in je leven. Het is te verwachten dat je Zijn stem niet zo goed verstaat. Paulus schrijft “Dus wij blijven altijd vol goede moed, ook al weten we dat zolang dit lichaam onze woning is, we ver van de Heer wonen.” Er is niets mis met je als je God niet zo vaak ervaart, als je het lastig vindt Zijn leiding te vinden. Er is niets mis met je als je lijdt en niet happy-clappy kunt zijn. Je woont namelijk nu nog ver van de Heer.
    Wie zoals Paulus in zijn “aardse tent zucht onder een zware last” moeten wij niet zo naïef denken te bemoedigen met gedecontextualiseerde zinnen als “In Christus ben je meer dan overwinnaar” want lijden hoort bij dit leven in je aardse tent! De verlossing en de volheid van onze relatie met God moeten nog komen.


The best is yet to come.

Verder artikelen worden geplaatst op mijn website In Goede Grond

dinsdag 3 juli 2018

3 aanbiddingskillers

Iedere zondagmorgen als we als kerk samenkomen zingen we liederen om God te eren en te aanbidden. En hoewel aanbidding veel meer omvat dan zingen, wil ik in dit artikeltje inzoomen op God aanbidden door middel van zang.
Er zijn mensen die prachtig kunnen zingen maar grote moeite hebben met God aanbidden, waar anderen die niet goed kunnen zingen veel verder zijn op het vlak van aanbidding. Je zangtalent heeft, zoals we hopelijk weten, niets te maken met de kwaliteit van je aanbidding naar God.

Ik merk dat er veel obstakels zijn om God echt te aanbidden tijdens een bijeenkomst met andere gelovigen. Dit merk ik in de eerste plaats bij mezelf, en daarnaast ook bij anderen. Wat mij betreft zijn er drie hoofdcategorieen van deze "aanbiddingskillers" die allemaal je eigen verantwoordelijkheid zijn. Het speelt zich af tussen je oren; het heeft te maken met je mindset en je gedachten.

Gedachten over wat anderen van je vinden

De eerste categorie afleidende gedachten zijn gedachten over jezelf ten opzichte van anderen en hun mening, in plaats van gedachten over God. Ik kon vroeger heel goed mezelf aanpassen om precies niet op te vallen in de groep en te doen wat wenselijk is. Net enthousiast genoeg zingen om niet voor passief aangezien te worden, maar zeker niet een hand in de lucht als ik me daarmee bij de minderheid voegde.

"Ik kan echt niet zingen, dus ik zing maar zacht. Vooral bij dat hoge refrein houd ik maar m'n mond. Hopelijk horen anderen me niet.", zo denken sommigen.
Ik kan zelf aardig zingen, maar toch, als ik iemand heel hard heel vals God hoor eren, heb ik juist bewondering voor die persoon want hij/zij heeft iets wat ik meer wil leren: de toewijding aan God om Hem te aanbidding ongeacht wat anderen van je vinden.
Anderzijds is er het risico je aandacht op jezelf te richten door te zo bezig te zijn met mooi te zingen en een prachtige tweede stem te laten klinken, dat je helemaal niet meer bezig bent met de inhoud van het lied. Soms kan er een heel refrein voorbij gaan zonder dat ik bewust met de inhoud van het lied ben bezig geweest.
"Moet ik nu staan of zitten? 1 of 2 handen in de lucht? Klappen of knielen?"
Lichamelijke uitingen kunnen heel nuttig zijn om je meer naar God te uiten. Knielen is een natuurlijke houding om in nederige overgave te zingen, en staande of springend met de armen in de lucht kan helpen een uitbundig loflied kracht bij te zetten. Maar deze uitingen zijn er juist om je te helpen je inhoudelijk op God te richten. Heel cheesy gezegd gaat het er niet om of je lichaam springt, maar of je hart voor God springt.

Gedachten over de muziek

Deze is, denk ik, vooral lastig voor muzikale mensen. "Zo hé, kun je dit nummer nóg langzamer spelen? De officiële uitvoering is veel sneller". Het is heel moeilijk het niet op te merken als een nummer anders (naar jouw mening minder goed) wordt gespeeld dan hoe 'het hoort', en vaak komt zo'n gedachte al naar boven voor je er erg in hebt. En dan ben je 'uit aanbidding'...
Een goede bekende van mij uit een 'orgel-kerk' zegt dat het daarom dus niet goed is zoveel instrumenten de kerk in te halen; het leidt af. Wat zo iemand misschien vergeet, is dat zelfs bij a capella zang (een vorm die gebruikt werd in de kerk waar ik opgegroeid ben) het mogelijk is je te laten afleiden door elkaars muziek. God heeft muziek gegeven als een middel voor het doel van aanbidding. We moeten leren daar op die manier over te denken. Als het toch eens zou lukken zó onze aandacht op Jezus te richten dat we de muzikale tekortkomingen niet meer horen... Zo werd er laatst op het podium gezegd dat het volgende couplet alleen de vrouwen moesten zingen, maar een man die bij me in de buurt stond was zo met z'n gedachten bij God dat hij keihard door bleef zingen; prachtig en inspirerend voorbeeld!

Zorgelijke gedachten

"En met diiieeep ontzag, aanbid.. 'hè bah, ik had de kip uit de vriezer moeten halen voor vanavond' ". Heel vervelend als zulke gedachten zich opdringen. Aanbidding en zorgen gaan namelijk niet samen: het één richt zich op een heilige God, en het ander op dagelijkse beslommeringen die volgens God als distels zijn die Gods woorden belemmeren te wortelen in je.
Dat ene uur per week dat je met de hele gemeente samen zingt voor God moet je volledig aan Hem wijden. Besluit dat geen enkele gedachte is toegestaan die van God afleidt. Dat begint al 's ochtends aan het ontbijt, en onderweg naar de samenkomst. Kies er bijvoorbeeld voor je telefoon ruim voor de dienst uit te zetten en onderweg goede muziek te luisteren. Gun je gedachten de tijd om te kalmeren en prioriteit te stellen aan Hem wie je gaat aanbidden.

Het zou mooi zijn als je niets van dit artikel herkent! Als je wel bepaalde aspecten herkent, wat zou je dan voor komende zondag kunnen doen om te groeien in aanbidding?

Verder artikelen worden geplaatst op mijn website In Goede Grond

Liefde voor je naaste als jezelf (Liefde deel 3/4)

We zijn deze serie over liefde begonnen (link) met het opbouwen van een definitie. Hierin stelden we dat liefde is...:  "Ik kies te do...